Is er een nieuwe definitie van luxe op komst? Die vraag kwam in mij op met de opening van Botanic Sanctuary in Antwerpen. Waar eens de vespers klonken uit de kelen van de geestelijken, gestoken in sobere pijen, is nu een internationale leisure-, congres- en eventlocatie verrezen met de ambitie een baken te zijn voor luxueuze gastvrijheid. In het centrum van de stad is een 13e eeuws klooster getransformeerd tot een luxe travel destination van 20.000 m².
Mooi dat zo’n parel weer mag glanzen, na twee jaren gedwongen soberheid door de lockdowns. Maar in hoeverre is er nog vraag naar dit soort luxe?
Laat ik beginnen met wat niet verrassend is aan de vijfsterrenoutfit van Botanic Sanctuary. Dat zijn de fine dining restaurants, de spa en de cocktailbar. Ook de prijzen van de kamers en suites zijn geheel in lijn met de regels van de klassieke luxe: een overnachting begint bij 300 euro. Voor de duurste suite betaal je 5000 euro per nacht. Onbereikbaar dus voor de meeste huurders, studenten, eenoudergezinnen en andere modalen. Maar binnen tegenwoordig bereik van huizenbezitters, babyboomers en bitcoin-boffers – en daar zijn er steeds meer van.
Wat is er dan wel anders? De naam zegt het al: Botanic Sanctuary. Het is vooral het botanisch decor. Je stapt een oase van groen en rust binnen: alsof Burgers Bush heeft geholpen met het kiezen van alle planten en bloemen. Overal waar je kijkt, langs wanden en op de grond, binnen en buiten, vind je biodiversiteit in een mate die het tegenwoordige polderlandschap ontbeert.
Welke boodschap wordt hiermee overgebracht?
Een andere in elk geval dan van de klassieke luxe. De definitie zoals in het woordenboek Van Dale staat is: weelde, overdaad. Andere omschrijvingen zijn: dat wat prettig is maar niet nodig. Woorden die geassocieerd worden met luxe zijn onder meer: chic, fijn, kostbaar, mondain, overdadig, overvloedig, prachtig, residentieel, weelderig, gerieflijk. Kortom: luxe verwijst – althans zoals dat in het Nederlands taalgebied wordt begrepen – naar alles wat prijzig is, wat schittert, wat comfortabel is en wat onnodig is. In de standaard omschrijvingen van luxe vind je niet woorden als: harmonisch, in balans, natuurlijk en heel. En dat zijn impressies die Botanic Sanctuary juist wel wil overbrengen naar de gasten.
In beweging
Het begrip luxe is in beweging. De financiële crisis van 2008 zette grote vraagtekens bij hebzucht, bonussen en perverse prikkels. Het besef groeide dat het in dit leven toch om andere dingen draait: is rijkdom nou datgene waar we ons met zijn allen op moeten richten?
Dit groeiende maatschappelijk besef zagen we al vroeg terugkeren in hospitality. In 2010 maakte ik samen met de co-founder van Zoku Hans Meyer en collega Lukas Vlaar een reis naar New York. Diep onder de indruk raakten we van het Ace Hotel in New York dat luxe op een volstrekt andere manier definieert dan traditionele hotels. Geen marmer, messing en blingbling, maar vintage, kunst en voor iedereen een gitaar op de kamer. Toen al voelden we dat de hospitality-wereld moest aansluiten bij een levensgevoel van een nieuwe generatie die niet gelukkig zou worden van blingbling. Het gaat hen niet om de spullen maar om de ervaringen.
In 2015 zette Food Inspiration het thema Reconnect centraal tijdens onze jaarlijkse Food Inspiration Days. Wat wij zagen was niet alleen een weerstand tegen bruut kapitalisme maar ook een diep verlangen om de verbroken verbinding te herstellen tussen de natuur, de seizoenen en elkaar. De eetervaring werd het instrument om dat wat gemist werd opnieuw te vinden en te ervaren. ‘Wat er aan eten op het bord ligt, is namelijk een spiegel van de wereld. We beseffen steeds beter dat de wereld een gesloten systeem is met eindige hulpbronnen. We zien en voelen dat in de nieuwe eeuw alles met alles verbonden is. De keuze van wat we eten, is daarom de sleutel naar een betere wereld’, schreven we.
Een van de mooiste oneliners uit die tijd drukte dat sentiment perfect uit: ‘Some people are so poor, all they have is money’.
Verspillingspaleizen
Aan de ene kant een verbroken band met de natuur, aan de andere kant het besef dat ons financiële systeem de oorzaak is. De zwaarte van dat inzicht – met de bijbehorende onmacht – drukt op een hele generatie. En ik zie dat deze tijdgeest langzaam doorsijpelt naar de klassieke luxe hotellerie, bastions die traditioneel afgeschermd zijn van de onderstromen in de maatschappij. Toch krijgt de hotelelite ook in de gaten dat ze zich moet aanpassen wil ze niet als overbodige verspillingspaleizen te boek komen te staan. Het concept in Antwerpen, met een aanzet tot een nieuwe definitie van luxe, zie ik als een reactie op het gevoel dat onze consumptiemaatschappij langzamerhand de Aarde verpest, dat we ons van de natuur vervreemden en het inzicht dat steeds meer bezit niet leidt tot steeds meer geluk.
De naam zegt het eigenlijk al. Botanic Sanctuary. Zonder blasfemisch te willen zijn: in het voormalig klooster wordt niet langer de Schepper aanbeden, maar zijn schepping: Moeder Aarde.
Ze is het waard om aanbeden te worden.