Eind december gaat de nieuwe Europese ontbossingswet in. Vanaf dan is het voor bedrijven verboden om producten of grondstoffen te importeren die gelinkt zijn aan ontbossing of illegale productie. Dat heeft grote gevolgen voor de ingrediëntinkoop van voedselproducenten. Bijvoorbeeld bij palmolie, wat een geliefd ingrediënt is in de voedingsindustrie. Niet zo gek dus dat er volop gezocht wordt naar duurzame alternatieven voor palmolie. De Wageningse scale-up NoPalm Ingredients werkt hard aan een kansrijk alternatief.
No Palm Ingredients is een relatief jonge scale-up met de wind in de zeilen. Het bedrijf werd in 2021 opgericht door de Wageningse wetenschapper Jeroen Hugenholtz en strategie consultant Lars Langhout. Het snelgroeiende team bestaat inmiddels uit ruim 20 slimme koppen en timmert hard aan de weg.
Palmolie zonder palmbomen
“Simpel gezegd, maken wij palmolie zonder palmbomen”, vertelt CEO en co-founder Lars Langhout. “Dat doen we door reststromen uit de foodindustrie te fermenteren met speciale zelfontwikkelde oliehoudende gisten, in ons eigen lab in Wageningen. Het fermentatieproces zelf duurt zo’n 48 uur. Tijdens de fermentatie eten de gisten de suikers uit de reststromen op - bijvoorbeeld het zetmeel uit aardappelschillen - waardoor de micro-organismen gaan groeien. “De gisten hopen olie op in hun eigen cellichaam en dat halen wij er vervolgens op een slimme manier uit.”
Palmolie wordt traditioneel gewonnen uit palmvruchten en dan verder chemisch bewerkt. Het kent veel verschillende toepassingen en verschijningsvormen: van vloeibare oliën tot (semi-)harde vetten. 60% van de supermarktproducten bevat palmolie. Je kunt het zo gek niet bedenken of er zit palmolie in: van shampoo tot cosmetica en van pizzabodem tot instant noedels. De reden spreekt voor zich: palmolie is een zeer betaalbaar, veelzijdig en functioneel ingrediënt.
Alternatief is nodig
“Wij zijn niet tegen palmolie”, benadrukt Langhout. “We zien onszelf als een aanvulling, niet als een product dat palmolie volledig kan vervangen. Het probleem is dat er te weinig palmolie is om aan de wereldwijde vraag te voldoen. Jaarlijks neemt de vraag met 4% toe. Palmolie is qua productie het meest efficiënte ‘oliegewas’ per vierkante meter. Bovendien heeft palmolie ontzettend veel toepassingsmogelijkheden, doordat het als vloeibare olie en als (half)hard vet gebruikt kan worden.
“Ik denk dat om een succesvol alternatief te kunnen zijn, het belangrijk is om volgens de regels van de markt te spelen. Wij bieden een alternatief wat superieur is: vergelijkbaar qua prijs, een 1-op-1 vervanger qua producteigenschappen én met een veel lagere milieuimpact. Ons innovatieve productieproces stelt ons in staat om palmolie in al die verschillende producten één op één te vervangen, ons fermentatieproces vraagt geen hoge investeringen, maar wel met 96% minder CO2-uitstoot en 99% minder landgebruik.”
Als eind december de nieuwe ontbossingswetgeving ingaat (zie kader), betekent dit dat bedrijven geen producten meer mogen importeren waar risico op ontbossing is. Op dit moment is slechts 17% tot 19% van de palmolievoorraad wereldwijd RSPO-gecertificeerd, ofwel aantoonbaar duurzaam geproduceerd. Dat betekent dat we in Europa ruwweg 80% van het huidige aanbod op de wereldmarkt niet meer mogen inkopen. Dat zal de markt opschudden en ongetwijfeld leiden tot hogere prijzen.
Veel animo
Langhout: “We zien vanuit de markt enorm veel animo voor onze innovatie, maar voorlopig zijn de producten nog niet verkrijgbaar. Momenteel werken we met een groep van zo’n 10 zorgvuldig geselecteerde klanten, verdeeld over uiteenlopende toepassingen, aan het opschalen van onze techniek. Dat is een mix van hele grote corporates, zoals Unilever en Colgate-Palmolive, en wat kleinere MKB-bedrijven die sneller kunnen schakelen. Met deze groep klanten willen we de komende 3 à 4 jaar samen optrekken.”
Afgelopen maand nog werd een nieuwe samenwerking met Lamb Weston en Zeelandia aangekondigd en haalde het bedrijf in twee verschillende financieringsrondes in totaal €7,5 miljoen groeigeld op. “De afgelopen 2,5 jaar stond in het teken van ontwikkelen en opschalen, de komende 2,5 jaar gaat het om verder opschalen, groeien en vermarkten. Veel startups kiezen voor impact first, met als gevolg vaak een relatief hoge prijs waardoor opschalen lastig blijft. Daardoor blijft je opereren in de niche. Als je écht impact wil hebben, moet je naar massavolumes kijken.”
Europese ontbossingswet | EU Deforestation Regulation
Grote bedrijven zijn met hun producten wereldwijd belangrijke veroorzakers van ontbossing. Maar nu heeft de EU een ambitieuze bossenwet aangenomen. Die moet voorkomen dat Europese bedrijven ontbossing veroorzaken.
De 5 belangrijkste punten uit de bossenwet:
-
Bedrijven moeten voortaan onderzoek doen naar de producten die zij in Europa verkopen. Om zo te kunnen garanderen dat hun producten niet gelinkt zijn aan ontbossing en illegale productie.
-
Hout, (bedrukt) papier, palmolie, soja, rundvlees, koffie, cacao, rubber en houtskool vallen onder de wet. En ook producten die deze materialen bevatten, zoals meubels, leer en chocolade.
-
Bedrijven moeten precies laten zien waar hun producten vandaan komen (met geografische coördinaten).
-
Het is onvoldoende om duurzaamheidslabels en certificaten op producten te plakken. Die bewijzen namelijk niet dat producten ontbossingsvrij zijn.
-
EU-landen zijn verplicht om bedrijven en producten te controleren. Dit moet ervoor zorgen dat de regels goed gehandhaafd worden.
(Bron: Milieudefensie)
Van 400 liter naar 100.000 liter
Risico’s horen bij ondernemen en opschalen, weet Langhout. “In huis kunnen we nu 400 liter fermenteren in onze eigen reactoren. Afgelopen jaar hebben we ook succesvol batches van 2.000 liter gefermenteerd. Dit jaar gaan we naar batches van 50.000 en zelfs 100.000 liter fermentatievolume. Dat is een megastap qua opschaling. Daar werken we op dit moment met het hele team hard naartoe. Natuurlijk kan daarin van alles misgaan, maar we hebben vertrouwen dat het lukt. Wat dit soort stappen extra spannend maakt is dat het op een externe locatie gebeurt waar anderen aan de knoppen draaien. Maar je gaat natuurlijk niet meteen een nieuwe fabriek bouwen, voordat je het eerst een keer geprobeerd hebt.”
Een eigenwijze aanpak
In Amerika, maar ook in Europa zijn er verschillende partijen die palmoliealternatieven ontwikkelen. Maar de aanpak van NoPalm Ingredients is uniek, volgens Langhout. Bij NoPalm Ingredients maken we een aantal specifieke keuzes:
-
Gebruik van reststromen, in plaats van kostbare grondstoffen zoals glucose;
-
Focus op betaalbaarheid. Keuze voor low capex fermentatie-apparatuur, in plaats van dure precisiefermentatieapparatuur;
-
Doelbewust ontwerp van een ‘vergevingsgezind’ productieproces, in plaats van werken in een klinische gecontroleerde labomgeving;
-
Geen gebruik van genetisch gemodificeerde gisten, waar concurrenten dat vaak wel doen;
-
Inzet van een flexibel inzetbaar gist, zodat met hetzelfde gist de ene keer een vloeibare olie en de andere keer een hard vet kan worden gemaakt;
-
Focus op win-win met klanten en samen groeien;
-
Spreiden van risico’s door ontwikkelen en testen van grote diversiteit aan toepassingen.
Dromen voor de toekomst
“Op dit moment worden alle reststromen nog in het lab in Wageningen verwerkt, maar ons businessmodel is erop gericht dat wij decentraal gaan produceren op de locatie waar de reststromen ontstaan.” Dagdromend over waar hij het bedrijf over 2,5 jaar ziet staan, mijmert Langhout: “Dan hebben we in ieder geval een werkende demofabriek gebouwd, waarmee we kunnen aantonen dat het proces op grote schaal werkt. Vanaf 2026 en 2027 is de bedoeling dat we echt kunnen gaan opschalen in productie. Over 2,5 jaar verwacht ik dat we bezig zijn met het ophalen van financiering voor onze eerste commerciële fabriek of dat we deze hopelijk al aan het bouwen zijn.”
“En als ik dan wat verder kijk dan 2,5 jaar... Dan zie ik een makkelijk uitrolbaar concept voor me, zodat overal waar reststromen zijn bedrijven die ter plaatse kunnen upcyclen met onze technologie. Ik zie voor me dat je overal kleine NoPalm fabriekjes hebt. Niet alleen in Nederland en de rest van Europa, maar ook in de Verenigde Staten, Zuid-Amerika en Azië. Uiteindelijk moet upcyclen op locatie net zo normaal worden als water zuiveren.”
Lees ook: Sorghum: een toekomstbestendig graan met culinaire potentie »