Op 55-jarige leeftijd gooide Sheila Struyck het roer om; ze kwam de 'boardroom' uit en haalde haar papieren op de Franse gastronomie-opleiding Le Cordon Bleu. Struyck staat als plant forward chef in de restaurantkeuken. Voor Food Inspiration schrijft ze over haar ervaringen in de horeca. Het valt haar op dat harde werkers in de gastronomie andere beslissingen nemen dan voorheen.
Het valt me op dat veel vakgenoten de afgelopen twee jaar een aantal onwrikbare 'waarheden' opnieuw hebben bekeken. “De no-shows kosten me teveel geld, ik vraag een aanbetaling”, “We zijn niet meer open bij de lunch. Het leverde niet veel op en onze mensen kunnen wat later beginnen” en “Ik doe dit werk al veertig jaar met plezier, maar heb nu mijn kinderen eindelijk leren kennen”. Zomaar wat uitspraken die ik deze week optekende in de keukens van grote en kleine zaken.
Doorzetten, doorbijten
Op het einde van de avond, als alles schoon, besteld en georganiseerd is, zit je zoals altijd aan de nazit – meestal lachend – te bespreken hoe het weer mooi 'beuken' was. Met zijn allen een paar penibele situaties opgelost… Het voelt als een kleine overwinning en daar kun je weer een dag op teren. Het wordt met de paplepel ingegoten: doorzetten, doorbijten, uren maken. Elke gast moet blij naar huis. Het kan altijd beter. Met volle weken en volle dagen moet je je kop erbij houden. In het moment blijven. Je kunt niet even stilstaan bij de vraag of het allemaal wel zo door moet gaan, want het risico bestaat dat dan het kaartenhuis in elkaar stort.
Een moment om na te denken
Yvette van Boven stopte met haar restaurant Aan de Amstel. “Mijn rug was kapot. Dat gaf me een moment om na te denken. Als je staat te werken, heb je nooit je hoofd vrij om goed te beseffen wat je aan het doen bent. Ik ben er best ziek van geweest dat ik moest stoppen. Maar nu ben ik blij dat ik me breder in kan zetten. Het is namelijk best eenzijdig, elke dag in de zaak staan.”
Als je altijd aanstaat, is het lastig om een goed oordeel te vellen. Vooral ook omdat het een soort erezaak is om gelijk te hebben en een juiste beslissing te nemen. Julia Galef, auteur van het boek De verkennersmindset, zegt: “Als we ons oordeel als individuen willen verbeteren hebben we niet méér opleiding nodig. We moeten leren om trots te zijn in plaats van beschaamd als we merken dat we het niet goed hebben. We moeten geïntrigeerd zijn in plaats van in de verdediging te schieten als we informatie tegenkomen die onze overtuiging tegenspreekt.”
Willen winnen en willen weten
De soldaat en de verkenner worden gebruikt als metafoor. De ene wil winnen en de ander wil weten. Een soldaat werkt in het heetst van de strijd, met verhoogde adrenaline. Diep ingesleten reflexen bepalen het handelen. De soldaat wil zichzelf en de groep beschermen én de vijand verslaan. (Het klinkt bijna als een gemiddelde avond op de vloer van een volgeboekte zaak. Waar de gast natuurlijk niet de vijand is, maar waar de logistieke complexiteit van het servies de ‘tegenstander’ is waar het team tegenaan beukt.) De opdracht van de verkenner bestaat niet uit aanvallen of verdedigen. Zijn taak is begrijpen. De verkenner gaat erop uit, brengt het terrein in kaart en identificeert mogelijke hindernissen.
Beiden rollen zijn van belang in het leger. En beide manieren van geestesgesteldheid zijn nodig voor een goed oordeel. Onze onbewuste motivaties, de angsten en verlangens bepalen hoe we informatie verzamelen en interpreteren. Bepaalde informatie, ideeën of manieren van werken zijn onze bondgenoten. We willen ze verdedigen en andere informatie is dan de vijand, die willen we afstraffen. Voor een goed oordeel moet de verkennersmindset ruimte krijgen. Nieuwsgierig, beschouwend, met beide voeten op de grond. Dat betekent dat eigenwaarde niet gebonden is aan gelijk of ongelijk hebben over wat dan ook.
Ook zonder grote reset knop
COVID-19, lockdowns en kapotte ruggen zijn een grote reset. Dat brengt een ander inzicht en een beter oordeel. Maar het hoeft niet zo heftig. Om met een verkennersblik naar de situatie te kijken moet het soldatenbrein tot stilstand komen, of in ieder geval stoppen om vol adrenaline het strijdperk te betreden. We moeten leren om met twee verschillende mindsets naar dezelfde situatie te kijken.
PS Ik had deze column bijna niet ingeleverd. Zou het aanstoot geven? Zou het wellicht niet kies gevonden worden om nu over soldaten en verkenners te spreken? Maar legers zijn van alle tijden en metaforen zijn bedoeld om complexe vraagstukken beter te begrijpen. En ook deze geopolitieke situatie kan weer tot verrassende gevolgen leiden voor individuen.