De foodservicewereld blijft bruisen van het ondernemerschap. Zelfs in coronatijd openen nieuwe bedrijven de deuren. Inge van de Ven verbouwde met veel aandacht voor inrichting en architectuur een 'geval Ik Vertrek' om tot boetiekhotel Flora Batava.
Foto: Flora Batava
Het hotel ligt in Nieuwersluis, aan de rivier de Vecht, en heeft in totaal 45 kamers. Het is gevestigd in een buitenplaats uit 1670, een villa die toendertijd diende om 's zomers de hitte en drukte van Amsterdam te onvluchten. De parallel met het heden dient zich makkelijk aan.
Van de Ven: “Tot voor kort rekende ik wel op de overflow van de Amsterdamse hotellerie, maar die zit natuurlijk ook nog niet vol nu.” Ze lacht: “Nu zullen we het toch echt zelf moeten doen.” Hotel Batava profileert zich als een plek van luxe en ontspanning. Het is mooi fietsen in de omgeving, het is mogelijk om aan te leggen met een sloepje, maar de grote steden zijn dichtbij. Het hotelrestaurant Bloei focust op regionale seizoensgebonden ingrediënten.
Ondernemen vanuit toeval en passie
Van de Ven heeft een ongebruikelijk verhaal. Ze heeft geen achtergrond in de horeca, als ondernemer of anderszins. Het verbouwen van Hotel Batava is het gevolg van toeval en het volgen van interesse. Van de Ven: “Mijn broer wees me er vijf jaar geleden op dat dit pand leegstond. Of ik er misschien in wilde wonen. Het was me meteen duidelijk dat ik dat absoluut niet wilde, maar toen ik toen ik eenmaal binnen rondkeek, kreeg ik het wel gevoel dat ik er iets moois van kon maken."
"Mijn broers hebben een bouwbedrijf, zij hebben al eerder hotels gebouwd. Ik werk voor een bedrijf dat woonaccesoires importeert. Behalve de trap was er niets origineel, dus ik had alle vrijheid om het hotel te maken zoals ik wilde. Uiteindelijk vind ik het gewoon heel leuk om dit te doen, om zo’n gebouw helemaal zelf in te richten. De tafels komen uit Italië, de stoelen en het bedlinnen komen uit Istanboel."
Service zit in de details
Van de Ven ziet haar achtergrond niet als belemmering. Integendeel: “Ik ben ervan overtuigd dat iedereen het op een bepaalde manier in zich heeft om in de horeca te werken. Je voelt als gast wat prettig is, of juist als de gang van een diner net te laat wordt ingezet."
De details zijn belangrijk voor Van de Ven. “Ik heb veel in hotels overnacht, die ervaring neem ik mee. Het is nu de uitdaging om dat aan een nieuw team over te brengen, om met z'n allen dezelfde taal te leren. Dat ene haakje op de kamer, inschatten op welke manier je mensen aanspreekt, of je aanbiedt de koffers naar de kamer te brengen. In de finesse zit het verschil."