Daan Smeltzer levert sinds enige tijd regelmatig bijdragen aan Food Inspiration. Hij exploiteert verschillende horecabedrijven in Utrecht. Daan beschrijft in deze persoonlijke column hoe hij de gedeeltelijke heropening van zijn terrassen beleeft.
Foto: Daan Smeltzer, geportretteerd door Nina Slagmolen
Woensdag 28 april 12.00 uur
Het terras gaat open! Niet alleen erg leuk voor de gasten, maar ook voor mij als ondernemer en de medewerkers. Het voelt als een kantelpunt. Eindelijk gaat het de goede kant op.
Veiligheid = gastvrijheid
Ik denk terug aan het afgelopen jaar, in het bijzonder de laatste zes maanden. Onzekerheid en machteloosheid overheersten. Gaan de bedrijven het overleven? Heb ik straks nog voldoende medewerkers? Wanneer kan ikzelf weer inkomen uit mijn bedrijven halen? De spaarpotten raken leeg, het geduld raakt op en de zorgen nemen toe.
Heel vaak heb ik gezegd dat we als horecabranche niet serieus worden genomen. Onze business bestaat hoofdzakelijk uit het creëren van een veilige omgeving, want zonder veiligheid geen gastvrijheid. Of het nou gaat om voedselveiligheid, rookverbod, alcoholbeleid of coronamaatregelen: wij regelen het wel. Ik wilde graag onderdeel zijn van de oplossing. Ik wil niet gezien worden als probleem.
Levensgevaarlijk?
Vanaf vandaag zijn we dus onderdeel van de oplossing. Alleen wel de oplossing van een ander probleem. Iedereen is klaar met de maatregelen, die genomen moesten worden om verspreiding van Covid tegen te gaan. In de huiskamers ontvangen we meer dan één gast en de parken stromen vol. Om over de situatie op Koningsdag maar niet te spreken. Een manier om het handhavingsprobeem op te lossen, is het openen van de terrassen. Wel onder strikte voorwaarden, want zo’n terras met alle tafels op anderhalve meter in de avond is natuurlijk levensgevaarlijk….
“Ik wilde graag onderdeel zijn van de oplossing. Ik wil niet gezien worden als probleem.”
Zelfs de zon straalt
Maar goed, we klagen niet. We mogen weer gasten ontvangen en onze medewerkers zien stralen op de werkvloer. De koelingen zijn gevuld, de muziek staat aan en we hebben er zin in. Zelfs het weer zit mee. Niets kan de pret nog drukken. Ook niet de 29 no-shows van de 86 gasten op mijn reserveringslijst.
En als sommige gasten vinden dat de regels niet voor hen gelden, dan blijven we hartelijk. Gastvrij gaan we om met alle teleurstellingen die gasten moeten slikken als we ze vertellen dat we niet het volledige assortiment draaien en dat daarom de menukaart iets kleiner is dan normaal. Gelukkig is het merendeel van de gasten blij dat ze weer mogen genieten van de horeca. Ik zie weer veel bekende gezichten, vaste gasten die stonden te popelen om juist mijn zaken weer te bezoeken. Dat geeft een lekkere energie en maakt me trots.
Financieel geen oplossing
Na de eerste dag, bij het tellen van de kassa, bekruipt me tóch de vraag waarvoor we het doen. Deze maatregelen, in combinatie met de financiële steun, zorgen ervoor dat de terrasopening vandaag uiteindelijk geld heeft gekost. De omzet gaat volledig af van de staatssteun. Ondertussen moet ik wel mijn medewerkers en mijn leveranciers betalen.
Omdat de omzet heel veel lager is dan normaal, zijn de vaste lasten relatief hoog. Het resultaat is lager dan de TVL die ik zou ontvangen als ik geen omzet draai. Vergeleken met dichtgaan, moet er dus geld bij. In plaats van een serieuze bijdrage om Covid te bestrijden, voel ik me eerder het lulletje dat een populaire maatregel van een kabinet moet uitvoeren en zelf met imagoschade achterblijft. Of zijn we een verlengstuk van handhaving en politie? Zo ja, mogen we hiervoor dan een redelijke financiële compensatie hebben?
“Ik voel ik me het lulletje dat een maatregel van een kabinet uitvoert en zelf met imagoschade achterblijft.”
Licht aan einde van tunnel
Begrijp me niet verkeerd. Ik ben heel blij dat we weer open mogen. Met het groeiend aantal gevaccineerden lijkt er licht te gloren aan het einde van de tunnel. Het verlies aan inkomsten zie ik maar als marketingkosten. De zaken moeten dus knallen als nooit tevoren; gasten moeten huilend van geluk het terras verlaten. Laten we de Corona-periode afsluiten met een knal en het post-Corona tijdperk beginnen met een voorsprong.
Weerbaar, sterker dan ooit
Ik denk dat elke horecaondernemer nog serieuzer naar zijn business is gaan kijken. Dat er zo weinig faillissementen zijn uitgesproken, komt vooral door bereidwilligheid van verhuurders, leveranciers en creatief ondernemen. Ik ben de verhuurders en leveranciers die mij hebben geholpen erg dankbaar, maar vind het stuitend dat zij onze branche moeten redden. Terwijl de overheid en de banken de ogen lijken te sluiten voor de financiële en emotionele nevenschade van Covid.