Chateau Amsterdam is een urban winery, opgericht in 2017 door vader en zoon Jos en Remy Harrewijn. "Een urban winery?" hoor ik je denken. Wijn ontleent toch vaak zijn naam en identiteit aan de specifieke streek waar die wordt geproduceerd? Een goede Bordeaux, een mooie Bourgogne. Stedelijke wijnmakerijen brengen daar verandering in.
Zoals de trend van stedelijk craft beer, met hippe brouwerijen en proeflokalen, een aantal jaar geleden uit de VS kwam overwaaien, gebeurt dat nu ook met urban wineries. In steden als Londen en New York zijn er al veel; Chateau in Amsterdam-Noord was in Nederland de eerste en in Europa een van de grootste. Inmiddels zijn er ook urban wineries in Maastricht en Almere.
Wijnmaker zonder fruit
Chateau viert in oktober 2024 zijn vijfde “goed verlopen oogst.” De aanhalingstekens zijn bewust, want op de industriële locatie in Amsterdam-Noord is in geen velden of wegen een druivenrank te bekennen.
Chateau koopt druiven bij boeren door heel Europa. Samen met hen bepalen ze een aantal zaken: hoe er wordt gesnoeid, hoe het land wordt verzorgd en hoe er wordt geoogst. Met de timing van de pluk bepaal je de hoeveelheid suikers, zuren, smaken en aroma’s die de druif meegeeft aan de wijn. Harrewijn: "Het duurde een aantal jaar voordat we de juiste partners hadden gevonden, maar inmiddels hebben we een fijn netwerk van biologische boeren opgebouwd." Bij Chateau worden wijnen gemaakt van verschillende druivenrassen uit heel Europa.
Remy Harrewijn: "Je kunt van één druif echt heel verschillende wijnen maken. Goede wijn is afhankelijk van twee factoren: goed fruit en het juiste ambacht. Inmiddels hebben wij onze manier van wijnmaken opgedeeld in twee soorten: de vaderwijnen en de zonenwijnen. De ‘vaders’ zijn wijnen gemaakt van één soort druif, ook wel een cépage genoemd. Deze manier van wijn produceren wordt moeilijker geacht dan het maken van wijnen van verschillende druiven, want alles wat een druif niet bevat, kun je er ook niet uithalen."
“Omdat we niet gebonden zijn aan een vaste plek en wijngaard, kunnen we terroirs combineren die elkaar normaal gesproken nooit zouden ontmoeten.”
De ‘zonen’ zijn wijnen gemaakt van een blend. Daarmee experimenteren is leuk. Het smaakpaletvan de ene wijn breng je samen met dat van de andere. Bij Chateau Amsterdam zijn we ons daarin gaan specialiseren. Omdat we niet gebonden zijn aan een vaste plek en wijngaard, kunnen we terroirs combineren die elkaar normaal gesproken nooit zouden ontmoeten. Denk dan aan een Chenin Blanc uit de Loire met een Garganega uit Veneto, of een Riesling uit Pfalz met een Moscatel uit Valencia.
Bij de zonenwijnen communiceert Chateau alle druiven op het etiket. Eigenlijk was dat tegen de regels, omdat je pas een druif op je fles mag vermelden als je de druiven ook echt zelf bezit in je wijngaard. Harrewijn: “Ik heb dit jaar veel gesprekken gevoerd met de RVO en sinds dit jaar zijn we niet meer geaccrediteerd als wijnhandelaar, maar als wijnmaker zonder fruit.”
Wijnmakerij, proeflokaal en restaurant
De afgelopen jaren is Chateau Amsterdam flink gegroeid. Inmiddels is het bedrijf gevestigd in een grote loods in Amsterdam-Noord, waar de wijnmakerij is gevestigd, maar waar ook ruimte is voor een groot proeflokaal en restaurant. Harrewijn: "Onze wijnmakerij is de grootste urban winery van Europa en goed voor zo’n 200.000 flessen per jaar. We hebben een hele serieuze set-up, zodat we alle fermentatieprocessen goed kunnen begeleiden. Daarnaast hebben we een apart laboratorium om te experimenteren."
Het proeflokaal en het restaurant kijken – via een enorme glazen wand – uit op de wijnmakerij met grote RVS- en houten vaten. Bijzonder is dat de opschaling van Chateau Amsterdam tot stand is gekomen door middel van crowdfunding. Harrewijn: "We noemen het onze vriendenclub, die inmiddels bestaat uit ruim 600 mensen die allemaal waardepapieren hebben. In feite zijn ze mede-kasteeleigenaar."